Registratie- en informatieverplichtingen
- 1 1. Inleiding
- 1.1 1.1 Algemeen
- 1.1.1 Voorschriften
- 1.1.2 Entiteiten
- 1.1.3 Tabellen
- 1.2 1.2 Legenda
- 1.1 1.1 Algemeen
- 2 2. Zorgaanbieder
- 2.1 2.1 Voorschriften
- 2.2 2.2 Entiteiten
- 2.3 2.3 Tabellen
- 3 3. Patiënt
- 3.1 3.1 Voorschriften ggz
- 3.2 3.2 Voorschriften Fz
- 3.3 3.3 Entiteiten
- 3.3.1 3.3.1 Patiënt (ggz/fz)
- 3.3.2 3.3.2 Zorgtraject (ggz/fz)
- 3.3.3 3.3.3 Polis (ggz)
- 3.3.4 3.3.4 Machtiging (ggz)
- 3.3.5 3.3.5 Zorgverzekeraar (ggz)
- 3.3.6 3.3.6 Plaatsingsbesluit (fz)
- 3.3.7 3.3.7 DJI (fz)
- 3.4 3.4 Tabellen
- 4 4. Behandeling
- 4.1 4.1 Voorschriften
- 4.2 4.2 Entiteiten
- 4.3 4.3 Tabellen
- 4.3.1 4.3.1 Tabel Beroep
- 4.3.2 4.3.2 Tabel Beroepscategorie
- 5 5. Zorgvraag ggz
- 5.1 5.1 Voorschriften
- 5.2 5.2 Entiteiten
- 5.2.1 5.2.1 DSM5 diagnose
- 5.2.2 5.2.2 DSM hoofdgroepen
- 5.2.3 5.2.3 Zorgvraagtypering ggz
- 5.2.4 5.2.4 Basisggzprofiel
- 5.3 5.3 Tabellen
- 6 6. Zorgvraag fz
- 6.1 6.1 Voorschriften
- 6.2 6.2 Entiteiten
- 6.2.1 6.2.1 Zorgvraagtypering (fz)
- 6.2.2 6.2.2 DSM-5 diagnose
- 6.2.3 6.2.3 DSM hoofdgroepen
- 6.3 6.3 Tabellen
- 7 7. Prestatie
- 7.2 7.2 Entiteiten
- 7.2.1 7.2.1 Consult (ggz en fz)
- 7.2.2 7.2.2 Setting
- 7.2.3 7.2.3 Toeslag consult
- 7.2.4 7.2.4 Groepsconsult
- 7.2.5 7.2.5 Verblijfsdag
- 7.2.6 7.2.6 Toeslag verblijfsdag
- 7.2.7 7.2.7 Overige prestatie
- 7.2.8 7.2.8 Financieringsstroom
- 7.2.9 7.2.9 Prestatie
- 7.2.10 7.2.10 Tarief (ggz/fz)
- 7.2.11 7.2.11 Zorglabel
- 7.2.12 7.2.12 Zorgtraject
- 7.3 7.3 Tabellen
- 7.3.1 7.3.1 Tabel Consult
- 7.3.2 7.3.2 Tabel Consultgroep
- 7.3.3 7.3.3 Tabel Toeslag consult
- 7.3.4 7.3.4 Tabel Verblijfsdag
- 7.3.5 7.3.5 Tabel Toeslag verblijf
- 7.3.6 7.3.6 Tabel Overige prestaties
- 7.3.7 7.3.7 Tabel Prestatie
- 7.3.8 7.3.8 Tabel Setting
- 7.3.9 7.3.9 Tabel Zorglabel
1. Inleiding
In de ‘Regeling geestelijke gezondheidszorg en forensische zorg’ (NR/REG-2214) (hierna ook 'nadere regel') wordt aangegeven welke informatie-elementen er voor de geestelijke gezondheidszorg en de forensische zorg moeten worden geregistreerd voor de eigen administratie, de declaratie naar de zorgverzekeraar of DJI en de informatie-aanlevering aan de NZa.
Hieronder wordt ingegaan op de voorschriften die er zijn voor de informatie-elementen. Aan de hand van het conceptueel datamodel wordt aangegeven welke entiteiten en tabellen er zijn voor de registratie. Ook de relaties tussen de entiteiten onderling wordt toegelicht.
1.1 Algemeen
Hieronder worden de informatie-elementen beschreven aan de hand van de volgende zes informatie-categorieën die in de nadere regel worden onderscheiden.
Zorgaanbieder
Patiënt
Behandeling
Zorgvraag ggz
Zorgvraag fz
Prestatie
Voor elk van deze informatie-categorieën worden in de hoofdstukken 2 t/m 7 de bijbehorende entiteiten en tabellen besproken. De informatie-categorieën en informatie-elementen zijn in de onderstaande tabel weergegeven en hier wordt in dit artikel steeds naar verwezen.
A. Gegevens zorgaanbieder | a1. Naam zorgaanbieder a2. AGB-code zorgaanbieder |
B. Gegevens patiënt
| b1. Naam (ggz) b2. Geboortedatum (ggz) b3. BSN (ggz en fz) b4. Zorgtrajectnummer (ggz en fz) b5. Start datum zorgtraject b6. Verzekerdennummer (ggz) b7. UZOVI-code (ggz en fz) b8. Strafrechtsketennummer (fz) b9. Plaatsingsbesluitnummer (fz) b10. Begindatum plaatsingsbesluit (fz) b11. Einddatum plaatsingsbesluit (fz) b12. Begindatum forensische titel (fz) b13. Einddatum forensische titel (fz) |
C. Gegevens behandeling | c1. Naam regiebehandelaar c2. AGB-code regiebehandelaar c3. AGB-code verwijzer |
D. Gegevens zorgvraag ggz | d1. DSM-hoofdgroep d2. DSM-5 classificatie (niet in geval van voormalige bggz) d3. Gb-ggz profiel (alleen in geval van voormalig bggz) d4. Zorgvraagtypering Volledig d5. Zorgvraagtypering Dynamisch d6. Zorgvraagtypering Dynamisch met volledige HoNOS+ afgenomenonoHo d7. Antwoorden op HoNOS+ vragen d8. Input in Zorgvraagtyperingsinstrument Dynamisch d9. Geadviseerde zorgvraagtype d10. Gekozen zorgvraagtype d11. Privacyverklaring actief d12. Wvggz/Wzd historie d13. Acute ggz historie d14. Verblijfshistorie |
E. Gegevens zorgvraag fz | e1. Recidiverisico e2. Ernst van het delict(gedrag) e3. Exceptionele responsiviteit e4. Zorgvraagtype e5. DSM-hoofdgroep (fz) e6. DSM-5 classificatie |
F. Gegevens prestatie | f1. Prestatiecode f2. Prestatie f3. Uitvoeringsdatum f4. Starttijd consult (alleen ingeval van werkwijze conform 3.1 lid 2) f5. Gedeclareerd tarief (per prestatie) f6. Naam zorgverlener die de prestatie heeft geleverd f7. AGB-code zorgverlener die de prestatie heeft geleverd f8. Beroep zorgverlener die de prestatie heeft geleverd conform de veldnorm (indien zorgverlener geen AGB-code heeft en f7 niet ingevuld kan worden) f9. Zorglabel f10. Contractnummer (fz) |
In elk hoofdstuk wordt steeds dezelfde structuur aangehouden:
Paragraaf x.1 voorschriften
Paragraaf x.2 entiteiten
Paragraaf x.3 tabellen.
Deze structuur wordt hieronder eerst nog toegelicht.
Voorschriften
Per onderdeel wordt ingegaan op wat de voorschriften zijn voor de registratie- en de informatieverplichtingen. Voor de informatieverplichtingen wordt onderscheid gemaakt tussen aanleveren van informatie bij het declareren en het aanleveren van informatie aan de NZa.
Een informatie-element kan alleen geregistreerd worden als de gegevens aanwezig zijn. Per onderdeel wordt hierna besproken welke gegevens verplicht zijn en of er uitzonderingen zijn (op de verplichting) bij de registratie. Soms is het nodig dat gegevens gepseudonimiseerd of geanonimiseerd worden.
De registratie werkt door in de informatieverplichting. Iets kan alleen gedeclareerd of aangeleverd worden aan de NZa als dit geregistreerd is.
In de regeling worden soms richtlijnen gegeven over informatie-elementen die niet verplicht geregistreerd hoeven te worden. Deze richtlijnen zijn in dat geval alleen van toepassing als de informatie-elementen geregistreerd zijn.
Registratieverplichtingen
De zorgaanbieder registreert voor iedere patiënt minimaal de informatie-elementen als genoemd onder A, B, C en D respectievelijk E. De zorgaanbieder registreert op grond van deze regeling voor iedere prestatie minimaal de informatie-elementen als genoemd onder F.
Informatieverplichting bij declaratie (ggz/fz)
Bij de declaratie worden de informatie-elementen die op grond van registratieverplichtingen zijn geregistreerd vermeld.
De declaratie is de uitkomst van het declareren, het in rekening brengen van geneeskundige ggz en of fz al dan niet via een papieren nota of elektronische variant zowel aan patiënt zelf als zonder tussenkomst van patiënt rechtstreeks aan diens zorgverzekeraar.
Informatieverplichting aan de NZa (ggz/fz)
De zorgaanbieder levert gelijktijdig of direct na het moment van declaratie minimaal de informatie-elementen die op grond van de registratieverplichtingen zijn geregistreerd aan de NZa aan.
Periodieke aanlevering naar de NZa
De zorgaanbieder levert halfjaarlijks, conform de Gegevensaanleverstandaard een overzicht van een bepaalde set aan informatie-elementen.
Entiteiten
Aan de hand van het conceptueel datamodel wordt in de hoofdstukken 2 t/m 7 voor elke informatie-categorie aangegeven welke entiteiten gevuld worden met gegevens voor de registratie.
Tabellen
In paragrafen tabellen worden indien van toepassing de codetabellen genoemd aan de hand waarvan de entiteiten gevuld moeten worden.
1.2 Legenda
Per onderdeel worden de verplichtingen per informatie-element in een tabel weergegeven. Voor deze weergave wordt onderstaande legenda gebruikt. Voor de legenda is de terminologie vanuit de regeling gebruikt, zoals verplicht, optioneel en conditioneel verplicht, en niet de gangbare begrippen die binnen de IT gebruikt worden. Als in de regeling staat dat gegevens niet verplicht zijn, kan dat betekenen dat deze gegevens optioneel of niet aanwezig zijn.
Code | Verplicht | Conditioneel verplicht | Optioneel |
V | verplicht indien aanwezig |
|
|
AN | geanonimiseerd |
|
|
AG | in aggregatie |
|
|
VD | voorlopige diagnose |
|
|
VZ |
| verplicht zorglabel |
|
PS |
| gepseudonimiseerd |
|
PB |
| privacybezwaren |
|
ED |
| elektronische declaratie |
|
NV |
|
| niet verplicht |
GR |
|
| geen registratie |
2. Zorgaanbieder
2.1 | Informatie-elementen | Registratieverplichtingen | Informatieverplichtingen | ||||
|
|
| Bij declaratie | Aan de NZa | |||
|
| ggz | fz | ggz | fz | ggz | fz |
A. | Gegevens zorgaanbieder |
| |||||
a1 | Naam zorgaanbieder | V | V | V | V | V | V |
a2 | AGB-code zorgaanbieder | V | V | V | V | V | V |
2.1 Voorschriften
2.1.1 Registratieverplichting (ggz/fz)
Een zorgaanbieder registreert voor iedere patiënt zijn naam en AGB-code. Het gaat hier om de AGB op instellings- of praktijkniveau van de zorgaanbieder waar de zorg geleverd is.
2.1.2 Informatieverplichting bij declaratie (ggz/fz):
Een zorgaanbieder geeft voor declaratie de geregistreerde informatie-elementen van de zorgaanbieder door.
2.1.3 Informatieverplichting aan de NZa (ggz/fz)
Een zorgaanbieder levert gelijktijdig of direct na het moment van declaratie de geregistreerde informatie-elementen van de zorgaanbieder door.
2.1.4 Periodieke aanlevering naar de NZa (ggz/fz)
N.v.t.
2.2 Entiteiten
Onderstaande entiteit heeft betrekking op de zorgaanbieder.
2.2.1 Zorgaanbieder (ggz/fz)
Met de zorgaanbieder wordt bedoeld
de natuurlijke persoon of rechtspersoon die beroeps- of bedrijfsmatig zorg verleent.
de natuurlijke persoon of rechtspersoon voor zover deze tarieven in rekening brengt namens, ten behoeve van of in verband met het verlenen van zorg door een zorgaanbieder als bedoeld onder 1.
2.3 Tabellen
Geen.
3. Patiënt
3.1 | Informatie-elementen | Registratieverplichtingen | Informatieverplichtingen | ||||
|
|
| Bij declaratie | Aan de NZa | |||
|
| ggz | fz | ggz | fz | ggz | fz |
B. | Gegevens patiënt |
| |||||
b1 | Naam (ggz) | V | NV | V | NV | NV | NV |
b2 | Geboortedatum (ggz) | V | NV | V | NV | V | NV |
b3 | BSN (ggz en fz) | V | NV | V | NV | PS | PS |
b4 | Zorgtrajectnummer (ggz en fz) | V | V | V | V | V | V |
b5 | Startdatum zorgtraject (ggz en fz) | V | V | V | V | V | V |
b6 | Verzekerdennummer (ggz) | V | NV | V | NV | NV | NV |
b7 | UZOVI-code (ggz en fz) | V | V | V | V | V | V |
b8 | Strafrechtsketennummer (fz) | NV | V | NV | V | NV | V |
b9 | Plaatsingsbesluitnummer (fz) | NV | V | NV | V | NV | NV |
b10 | Begindatum plaatsingsbesluit (fz) | NV | V | NV | V | NV | NV |
b11 | Einddatum plaatsingsbesluit (fz) | NV | V | NV | V | NV | NV |
b12 | Begindatum strafrechtelijke titel (fz) | NV | V | NV | V | NV | NV |
b13 | Einddatum strafrechtelijke titel (fz) | NV | V | NV | V | NV | NV |
3.1 Voorschriften ggz
3.1.1 Registratieverplichting (ggz)
Een zorgaanbieder registreert voor iedere patiënt de informatie-elementen van de patiënt.
Informatie-elementen die redelijkerwijs niet aanwezig kunnen zijn, zijn uitgezonderd van deze registratieverplichting.
Voor geneeskundige ggz zijn de volgende informatie-elementen niet verplicht:
b8. Strafrechtsketennummer
b9. Plaatsingsbesluitnummer
b10. begindatum plaatsingsbesluit
b11. einddatum plaatsingsbesluit
b12. begindatum forensische titel
b13. einddatum forensische titel
3.1.2 Informatieverplichting bij declaratie (ggz)
Een zorgaanbieder vermeldt voor iedere patiënt de geregistreerde gegevens van de patiënt.
3.1.3 Informatieverplichting aan de NZa (ggz)
De zorgaanbieder levert gelijktijdig of direct na het moment van declaratie minimaal de informatie-elementen die op grond van registratieverplichtingen zijn geregistreerd aan de NZa aan.
Informatie element
b3. BSN
wordt voor aanlevering gepseudonimiseerd.
Voor geneeskundige ggz zijn de volgende informatie-elementen niet verplicht:
b1. naam
b6. Verzekerdennummer
3.1.4 Periodieke aanlevering naar de NZa (ggz)
N.v.t.
3.2 Voorschriften Fz
3.2.1 Registratieverplichting (fz)
De Indicatiesteller fz is degene die in de forensische zorg de zorgbehoefte en de eventuele beveiligingsnoodzaak van de justitiabele vaststelt voor ambulante zorg, verblijfszorg en klinische zorg. De indicatiesteller maakt onderdeel uit van één van de drie organisaties die indicatiestelling in de forensische zorg uitvoeren, namelijk de werkeenheid Indicatiestelling Forensische Zorg van het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie (IFZ/NIFP), de drie reclasseringsorganisaties (3RO) of het Psycho Medisch Overleg (PMO) binnen een Penitentiaire Inrichting.
De indicatiesteller fz bepaalt een zorgtrajectnummer. Het zorgtraject krijgt als openingsdatum de datum waarop de indicatie is vastgesteld. De zorgaanbieder ontvangt dit zorgtrajectnummer via het plaatsingsbesluit en registreert het zorgtrajectnummer bij alle fz prestaties die aan de betreffende patiënt worden geleverd.
Voor forensische zorg zijn informatie-elementen
b1. naam
b2. Geboortedatum en
b6. Verzekerdennummer,
niet verplicht.
3.2.2 Informatieverplichting bij declaratie (fz)
Een zorgaanbieder vermeldt voor iedere patiënt de geregistreerde gegevens van de patiënt.
Uitgezonderd van de verplichting is het volgende informatie-element:
b3. BSN
3.2.3 Informatieverplichting aan de NZa (fz)
De zorgaanbieder levert gelijktijdig of direct na het moment van declaratie minimaal de informatie-elementen die op grond van registratieverplichtingen zijn geregistreerd aan de NZa aan.
Informatie element
b3. BSN
wordt (indien aanwezig) voor aanlevering gepseudonimiseerd.
Uitgezonderd van de verplichting zijn de volgende informatie-elementen:
b1. naam
b6. Verzekerdennummer
b9. Plaatsingsbesluitnummer (fz)
b10. begindatum plaatsingsbesluit (fz)
b11. einddatum plaatsingsbesluit (fz)
b12. begindatum forensische titel (fz)
b13. einddatum forensische titel (fz)
3.2.4 Periodieke aanlevering naar de NZa (fz)
N.v.t.
3.3 Entiteiten
Onderstaande entiteiten hebben betrekking op de patiënt.
3.3.1 Patiënt (ggz/fz)
Een patiënt is een persoon die op basis van een hulpvraag conform aanspraak (ggz) of een forensische titel (fz) zorg ontvangt.
Een patiënt (ggz) is bij de verzekeraar bekend onder een Verzekerdennummer (GGZ). Dit nummer wordt verstrekt door de zorgverzekeraar bij inwerkingtreding van de verzekeringspolis.
Een patiënt met een forensische titel krijgt een strafrechtsketennummer, zoals bedoeld in artikel 27b van het Wetboek van Strafvordering.
3.3.2 Zorgtraject (ggz/fz)
Een zorgtraject is een administratief verband tussen een prestatie en de patiënt, dat geïdentificeerd wordt met een zorgtrajectnummer.
3.3.3 Polis (ggz)
Een polis geeft een tarief voor een prestatie weer.
Een polis wordt afgegeven aan één patiënt.
Een polis bevat ook afspraken die voor vergoeding van onverzekerde zorg gelden.
3.3.4 Machtiging (ggz)
Voor een patiënt kan een zorgmachtiging van toepassing zijn. Een machtiging wordt afgegeven voor één patiënt.
Een machtiging wordt aangevraagd door een zorgaanbieder en afgegeven door de zorgverzekeraar
3.3.5 Zorgverzekeraar (ggz)
In de ggz wordt met zorgverzekeraar bedoeld:
een zorgverzekeraar
een Wlz-uitvoerder
een particuliere ziektekostenverzekeraar, zijnde een financiële onderneming die ingevolge de Wet op het financieel toezicht in Nederland het bedrijf van verzekeraar mag uitoefenen.
Een zorgverzekeraar vergoedt het tarief voor een bepaalde prestatie zoals overeengekomen met een zorgaanbieder en vastgelegd in een contract of in de polis bij ongecontracteerde zorg.
Een zorgverzekeraar vergoedt zorg die door een machtiging voor de patiënt is gedekt.
Een zorgverzekeraar in Nederland wordt geïdentificeerd aan de hand van een Unieke Zorgverzekeraars Identificatie, de UZOVI-code.
3.3.6 Plaatsingsbesluit (fz)
Het plaatsingsbesluit ligt ten grondslag aan de toekenning van forensische zorg. Aan het plaatsingsbesluit is een uniek plaatsingsbesluitnummer gekoppeld. Dit nummer krijgt de zorgaanbieder van de plaatsende instantie. Het nummer is van belang om voor het ministerie van JenV de keten tussen indicatie, plaatsing en geleverde zorg inzichtelijk te krijgen.
3.3.7 DJI (fz)
In de fz word met zorgverzekeraar bedoeld:
de Divisie Forensische zorg/Justitiële Jeugdinrichtingen (ForZo/JJI) van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), onderdeel van het ministerie van JenV. In de fz is ForZo/JJI verantwoordelijk voor het inkopen van fz.
DJI heeft één of meer contracten met een zorgaanbieder.
DJI geeft een plaatsingsbesluit af voor een patiënt.
3.4 Tabellen
Geen.
4. Behandeling
2.1 | Informatie-elementen | Registratieverplichtingen | Informatieverplichtingen | ||||
|
|
| Bij declaratie | Aan de Nza | |||
|
| ggz | fz | ggz | fz | ggz | fz |
C. | Gegevens behandeling |
| |||||
c1 | Naam regiebehandelaar | V | V | V | V | NV | NV |
c2 | AGB-code regiebehandelaar | V | V | V | V | V | V |
c3 | AGB-code verwijzer | V | V | V | V | V | V |
4.1 Voorschriften
4.1.1 Registratieverplichting (ggz/fz):
Een zorgaanbieder registreert voor iedere patiënt de gegevens van de behandeling.
4.1.2 Informatieverplichting bij declaratie (ggz/fz):
Een zorgaanbieder vermeldt voor iedere patiënt de geregistreerde gegevens van de behandeling.
4.1.3 Informatieverplichting aan de Nza (ggz/fz):
De zorgaanbieder levert gelijktijdig of direct na het moment van declaratie minimaal de informatie-elementen die zijn geregistreerd aan de NZa aan.
Uitgezonderd van de verplichting is het volgende informatie-element:
c1. Naam regiebehandelaar
4.1.4 Periodieke aanlevering naar de Nza (ggz/fz)
N.v.t.
4.2 Entiteiten
4.2.1 Regiebehandelaar (ggz/fz)
Met regiebehandelaar wordt een zorgverlener bedoeld die in het kwaliteitsstatuut is aangewezen als erkende regiebehandelaar, onder wiens verantwoordelijkheid de zorg wordt geleverd. In de fz is er geen regiebehandelaar. Daar waar in deze regeling de term regiebehandelaar wordt gebruikt moet voor de fz hoofdbehandelaar worden gelezen.
Een regiebehandelaar is verantwoordelijk voor het zorgtraject van de patiënt en de daarbinnen geschreven prestaties.
De regiebehandelaar wordt geïdentificeerd aan de hand van zijn/haar AGB-code op persoonsniveau.
4.2.2 Behandelaar
Geen definitie aanwezig in de regelgeving.
Een behandelaar voert consulten uit onder verantwoording van een regiebehandelaar.
4.2.3 Verwijzer (ggz/fz)
De AGB-code van de verwijzer is van de verwijzende zorgverlener (natuurlijk persoon). Dit moet de AGB-code op persoonsniveau zijn. Indien de verwijzer een waarnemend huisarts is mag ook de AGB op instellings- of praktijk niveau gebruikt worden.
4.2.4 Beroep (ggz/fz)
Een beroep van de behandelaar en de regiebehandelaar moet voorkomen op de beroepenlijst en deel uitmaken van een bepaalde beroepscategorie die bevoegd is om een consult te registreren.
Een beroep moet voorkomen in de tabel Beroepen om een consult te mogen registreren.
4.2.5 Beroepscategorie (ggz/fz)
Beroepen zijn gekoppeld aan een bepaalde beroepscategorie. Een beroepscategorie moet voorkomen in de tabel Beroepscategorie.
4.3 Tabellen
De registratie dient aan de hand van de volgende tabellen te gebeuren.
4.3.1 Tabel Beroep
De tabel Beroepen bevat een overzicht van elk mogelijk beroep die binnen een bepaalde periode geregistreerd mag worden.
4.3.2 Tabel Beroepscategorie
De tabel Beroepscategorie bevat een overzicht van elk mogelijke beroepscategorie die binnen een bepaalde periode geregistreerd mag worden.
5. Zorgvraag ggz
2.1 | Informatie-elementen | Registratieverplichtingen | Informatieverplichtingen | Periodieke aanlevering |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
| |||||
|
|
| Bij declaratie | Aan de Nza | Aan de Nza |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
| ||||
|
| ggz | fz | ggz | fz | ggz | fz | ggz | fz |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
D. | Gegevens zorgvraag ggz |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
| |||||||
d1 | DSM-hoofdgroep | V GR (bij alleen diagnostiek) | NV | V NV (bij voormalig bggz / bij PB) | NV | V NV (bij PB) | NV | V NV (bij voormalig bggz / bij PB) | NV |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
d2 | DSM-5 classificatie | V GR (bij alleen diagnostiek) NV (bij voormalig bggz) | NV | NV | NV | NV | NV | NV | NV |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
d3 | Gb-ggz profiel | V | NV | V | NV | V | NV | V | NV |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
d4 | Zorgvraagtypering Volledig | V (ZVT Basis) NV (bij alleen diagnostiek/ bestaande patiënt) | NV | V | NV | V | NV | V | NV |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
d5 | Zorgvraagtypering Dynamisch | V (ZVT Alt) NV (bij alleen diagnostiek/ bestaande patiënt) | NV | V | NV | V | NV | V | NV |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
d6 | Zorgvraagtypering Dynamisch volledige HoNOS+ afgenomen | V (ZVT Alt) NV (bij alleen diagnostiek/ bestaande patiënt) | NV | NV | NV | V | NV | V | NV |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
d7 | Antwoorden op HoNOS+ vragen | V (ZVT Basis) NV (bij alleen diagnostiek/ bestaande patiënt) | NV | NV | NV | V NV (bij PB) | NV | V
| NV |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
d8 | Input in Zorgvraagtyperingsinstrument Dynamisch | V (ZVT Basis / ZVT Alt) NV (bij alleen diagnostiek/ bestaande patiënt) | NV | NV | NV | NV | NV | V |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
d9 | Geadviseerde zorgvraagtypecode | V (ZVT Alt) NV (bij alleen diagnostiek/ bestaande patiënt) | NV | NV | NV | NV | NV | V
| NV |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
d10 | Gekozen zorgvraagtypecode | V (ZVT Basis / ZVT Alt) GR (bij alleen diagnostiek/ bestaande patiënt) | NV | NV | NV | NV | NV | V
| NV |
|
| V (ZVT Basis / ZVT Alt) GR (bij alleen diagnostiek/ bestaande patiënt) | NV | V NV (bij PB) | NV | NV | NV | V NV (bij voormalig bggz/ bij PB) | NV |
d11 | Privacyverklaring actief | V bij PB | NV | V (bij PB) | NV | V (bij PB) | NV | V (bij PB) | NV |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
d12 | Prestatie Zorgmachtiging Wvggz gedeclareerd in jaar voorafgaand aan zorgvraagtypering | V NV (bestaande patiënt) | NV | NV | NV | NV | NV | V
| NV |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
d13 | Prestatie Klinische verblijfsdag gedeclareerd in jaar voorafgaand aan zorgvraagtypering | V NV (bestaande patiënt) | NV | NV | NV | NV | NV | V
| NV |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
d14 | Prestatie consult Crisis gedeclareerd in jaar voorafgaand aan zorgvraagtypering | V NV (bestaande patiënt) | NV | NV | NV | NV | NV | V
| NV |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
5.1 Voorschriften
5.1.1 Registratieverplichting (ggz)
Een zorgaanbieder registreert voor iedere patiënt de gegevens van de zorgvraag.
Informatie-element
d1. DSM-hoofdgroep en
d2. DSM-5 classificatie
worden op per patiënt geregistreerd.
Als aan de betreffende patiënt alleen consulten diagnostiek zijn geleverd hoeven
d1. DSM-hoofdgroep en
d2. DSM-5 classificatie
niet te worden geregistreerd.
Voor informatie-element
d1. DSM-hoofdgroep en
d2. DSM-5 classificatie
geldt dat als er nog geen diagnose kan worden vastgesteld er een voorlopige diagnose wordt geregistreerd.
Het volgende informatie-element hoeft in de basis-ggz niet geregistreerd te worden op grond van deze regeling
d2 DSM-5 classificatie
Voor forensische zorg zijn informatie-elementen
d1. DSM-hoofdgroep
d2. DSM-5 classificatie (niet voor voormalige bggz)
d3. Gb-ggz profiel
d4. Zorgvraagtypering Volledig
d5. Zorgvraagtypering Dynamisch
d6. Zorgvraagtypering Dynamisch met volledige HoNOS+ afgenomen
d7. Antwoorden op HoNOS+ vragen
d8. input in Zorgvraagtyperingsinstrument Dynamisch
d9. Geadviseerde zorgvraagtypecode
d10. Gekozen zorgvraagtypecode
d11. Privacyverklaring actief
niet verplicht.
In 2022 wordt voor het registreren onderstaande informatie elementen met betrekking tot de zorgvraag typering een ingroeimodel gehanteerd. Tijdens het ingroeimodel is het registreren van deze informatie elementen niet per direct verplicht voor patiënten die al in behandeling waren bij de zorgaanbieder voor 2022. Deze bestaande patiënten worden op logische momenten in het behandelproces getypeerd. Voor nieuwe patiënten geldt deze uitzondering niet.
De volgende informatie-elementen hoeven voor bestaande patiënten niet verplicht geregistreerd te worden
d4. Zorgvraagtypering Volledig
d5. Zorgvraagtypering Dynamisch
d6. Zorgvraagtypering Dynamisch met volledige HoNOS+ afgenomen
d7. Antwoorden op HoNOS+ vragen
d8. input in Zorgvraagtyperingsinstrument Dynamisch
d9. Geadviseerde zorgvraagtype
d10. Gekozen zorgvraagtype
d12. Wvggz/Wzd historie
d13. Acute ggz historie
d14. Verblijfshistorie
De zorgaanbieder registreert of hij werkt met
d4. Zorgvraagtypering Volledig of met
d5. Zorgvraagtypering Dynamisch
De zorgaanbieder registreert indien wordt gewerkt met het Zorgvraagtypering Volledig de informatie-elementen
d4. Zorgvraagtypering Volledig
d7. Antwoorden op HoNOS+ vragen
d9. Geadviseerde zorgvraagtypecode
d10. Gekozen zorgvraagtypecode
De zorgaanbieder registreert indien wordt gewerkt met de Zorgvraagtypering Dynamisch de informatie-elementen
d5. Zorgvraagtypering Dynamisch,
d6. Zorgvraagtypering Dynamisch met volledige HoNOS+ afgenomen (indien van toepassing),
d8. Input in Zorgvraagtyperingsinstrument Dynamisch
d9. Geadviseerde zorgvraagtypecode en
d10. Gekozen zorgvraagtypecode
De onderstaande informatie-elementen worden per patiënt geregistreerd. Als aan de betreffende patiënt alleen consulten diagnostiek zijn geleverd hoeven onderstaande informatie-elementen niet te worden geregistreerd
d4. Zorgvraagtypering Volledig
d5. Zorgvraagtypering Dynamisch
d6. Zorgvraagtypering Dynamisch met volledige HoNOS+ afgenomen
d7. Antwoorden op HoNOS+ vragen
d8. Input in Zorgvraagtyperingsinstrument Dynamisch
d9. Geadviseerde zorgvraagtypecode
d10. Gekozen zorgvraagtypecode
5.1.2 Informatieverplichting bij declaratie (ggz)
Een zorgaanbieder vermeldt voor iedere patiënt de geregistreerde gegevens van de zorgvraag ggz.
Uitgezonderd van de verplichting zijn de volgende informatie-elementen
d1. DSM-hoofdgroep (voor zover het zorg betreft die als voormalige bggz kwalificeert)
d2. DSM-5 classificatie
d6. Zorgvraagtypering Dynamisch met volledige HoNOS+ afgenomen
d7. Antwoorden op HoNOS+ vragen
d8. Input in Zorgvraagtypering Alternatief instrument
d9. Geadviseerde zorgvraagtypecode
d12. Prestatie zorgmachtiging wvggz is gedeclareerd in jaar voorafgaand aan zorgvraagtypering
d13. Prestatie klinische verblijfsdag gedeclareerd in jaar voorafgaand aan zorgvraagtypering
d14. Prestatie consult crisis gedeclareerd in jaar voorafgaand aan zorgvraagtypering
5.1.3 Uitzondering in geval van privacybezwaren ggz
De Informatieverplichting bij declaratie en de periodieke aanlevering zorgvraagtypering blijft buiten toepassing op de hieronder genoemde informatie-elementen. Dit indien op initiatief van de patiënt en de zorgaanbieder gezamenlijk een privacyverklaring is ondertekend overeenkomstig het Format Privacyverklaring te vinden op de NZa website. De zorgaanbieder houdt de privacyverklaring in zijn administratie en stelt die op verzoek van de zorgverzekeraar beschikbaar.
Bijbehorend informatie element is
d11. Privacyverklaring
actief.
Het betreft de volgende informatie-elementen:
d1. DSM-hoofdgroep
d7. Antwoorden op HoNOS+ vragen
d8. Input in Zorgvraagtyperingsinstrument Dynamisch
d9. Geadviseerde zorgvraagtype
d10. Gekozen zorgvraagtype
d12. Wvggz/Wzd historie
d13. Acute ggz historie
d14. Verblijfshistorie
5.1.4 Informatieverplichting aan de NZa (ggz)
Een zorgaanbieder levert gelijktijdig of direct na het moment van declaratie voor iedere patiënt minimaal de informatie-elementen die zijn geregistreerd aan de NZa aan.
Uitgezonderd van de verplichting zijn de volgende informatie-elementen
d2. DSM-5 classificatie (ggz)
d7. Antwoorden op HoNOS+ vragen
d9. Geadviseerde zorgvraagtypecode
d10. Gekozen zorgvraagtypecode
d12. Prestatie zorgmachtiging wvggz is gedeclareerd in jaar voorafgaand aan zorgvraagtypering
d13. Prestatie klinische verblijfsdag gedeclareerd in jaar voorafgaand aan zorgvraagtypering
d14. Prestatie consult crisis gedeclareerd in jaar voorafgaand aan zorgvraagtypering
5.1.5 Periodieke aanlevering naar de NZa (ggz)
De zorgaanbieder levert halfjaarlijks, anoniem en conform de Gegevensaanleverstandaard een overzicht van de volgende informatie elementen. Informatie element
d1. DSM-hoofdgroep
d3. Gb-ggz profiel
d4. Zorgvraagtypering Basis
d5. Zorgvraagtypering Alternatief
d6. Zorgvraagtypering Alternatief met volledige HoNOS+ afgenomen
d7 Antwoorden op HoNOS+ vragen,
d8. Input in Zorgvraagtypering Alternatief instrument
d9 Geadviseerde zorgvraagtypecode
d10 Gekozen zorgvraagtypecode
d11 Privacyverklaring actief
d12 Prestatie zorgmachtiging wvggz is gedeclareerd in jaar voorafgaand aan zorgvraagtypering
d13 Prestatie klinische verblijfsdag gedeclareerd in jaar voorafgaand aan zorgvraagtypering
d14 Prestatie consult crisis gedeclareerd in jaar voorafgaand aan zorgvraagtypering
5.2 Entiteiten
5.2.1 DSM5 diagnose
De classificatie wordt hier geregistreerd conform de DSM-5, het internationaal classificatiesysteem voor psychische stoornissen.
5.2.2 DSM hoofdgroepen
Dit is de naam van de groep waaronder de geclassificeerde primaire diagnose valt. De ggz en fz kennen een eigen lijst waarvan de indeling grotendeels is gebaseerd op de hoofdstukindeling van de DSM-5.
5.2.3 Zorgvraagtypering ggz
De zorgvraagtypering is een methode om de zorgvraag van een patiënt te typeren. Er zijn in de ggz twee systemen van zorgvraagtypering, te weten het volledig model en het dynamisch model. De zorgvraagtypering wordt conform de veldafspraak gedaan door de regiebehandelaar. Hertypering vindt plaats op logische momenten in het behandelplan conform de veldafspraak maar minimaal een keer per jaar.
De Zorgvraagtypering Volledig is een methode om, in geval het Geneeskundige ggz betreft, de zorgvraag voor een patiënt te categoriseren. Het volledig model gebruikt hiervoor de volledige HoNOS+ als input voor het Zorgvraagtyperingsinstrument Volledig. Uitkomst van dit algoritme is de geadviseerde zorgvraagtype.
Het Zorgvraagtyperingsinstrument Volledig is een algoritme op grond waarvan het Zorgvraagtypering Volledig de zorgvraagtype wordt geadviseerd. In Bijlage 6 van NR/REG-2214 is Het Zorgvraagtypering Algoritme Volledig vastgelegd.
Zorgvraagtypering Dynamisch is een alternatief voor de zorgvraagtypering Volledig in de geneeskundige ggz. Het Dynamisch model gebruikt hiervoor een andere of beperktere input dan de volledige HoNOS+ als input voor het Zorgvraagtyperingsinstrument Dynamisch. Uitkomst van dit instrument is (net als in het volledig model) de geadviseerde zorgvraagtype. Om de uitkomsten van de modellen vergelijkbaar te houden dient bij iedere 20e zorgvraagtypering de volledige HoNOS+ als input voor Zorgvraagtyperingsinstrument Volledig te worden gebruikt. Daarnaast moet de Zorgvraagtypering Dynamisch aantoonbaar in 95% van de gevallen tot dezelfde geadviseerde zorgvraagtype te leiden als via de Zorgvraagtypering Volledig.
Zorgvraagtyperingsinstrument Dynamisch is een algoritme op grond waarvan in het Zorgvraagtypering Dynamisch de zorgtype wordt geadviseerd. Het Zorgvraagtyperingsinstrument Dynamisch is beschikbaar op de website van de NZa als informatieproduct.
Het Geadviseerde zorgvraagtype is de numerieke uitkomst van de zorgvraagtypering via één van de volgende routes: de Zorgvraagtypering Volledig of de Zorgvraagtypering Dynamisch. In de tabel Zorvraagtype_ggz staan alle zorgvraagtypes voor de ggz.
Om zorginhoudelijke redenen kan een zorgverlener van de geadviseerde zorgvraagtype afwijken als hij een andere zorgvraagtype passender acht, deze registreert hij dan als gekozen zorgvraagtype.
De uitkomst op de HoNOS+ geeft weer hoe het geestelijk en sociaal functioneren van een patiënt op een bepaald ogenblik is.
Als de patiënt op enig moment in het jaar voorafgaande aan het typeringsmoment een zorgmachtiging of crisismaatregel (Wvggz) of Wzd-besluit had, moet dit worden vastgelegd als Wvggz/Wzd historie (GGZ).
Als de patiënt op enig moment in het jaar voorafgaande aan het typeringmoment een verblijfsdag op grond van Zvw, Jeugdwet of Wfz heeft ontvangen, moet dit worden vastgelegd als Verblijfshistorie.
Als de patiënt op enig moment in het jaar voorafgaande aan het typeringsmoment een interventie door of namens een GMAP-regievoerder acute zorg had, moet dit worden vastgelegd in de Acute ggz historie.
5.2.4 Basisggzprofiel
Het basisggzprofiel wordt vastgelegd conform de lijst tabel basisggzprofiel.
5.3 Tabellen
De registratie dient aan de hand van de volgende tabellen te gebeuren.
5.3.1 Tabel DSM-5
De tabel DSM-5 bevat een overzicht van alle DSM-5-diagnoses die binnen een bepaalde periode voor kunnen komen.
Per diagnose wordt genoemd wat de icd9 en icd10 codering is en of er aanspraak op zit.
5.3.2 Tabel DSM_hoofdgroepen
Hierin staan de groepen waaronder de detaildiagnosen volgens de DSM5 classificatie vallen. De hoofdgroepen zijn voornamelijk gebaseerd op de hoofdstukken van het DSM5 handboek. Sommige hoofdstukken zijn gebundeld tot één restgroep.
Om praktische reden kunnen de tabellen DSM5-diagnose en DSM hoofdgroep worden samengevoegd tot één tabel.
5.3.3 Tabel Zorgvraagtypering(ggz)
De tabel Zorgvraagtype_ggz bevat een overzicht van alle mogelijke zorgvraagtypes in de ggz die binnen een bepaalde periode voor kunnen komen.
5.3.4 Tabel GB-ggz-profiel
De tabel GB-ggz-profiel bevat een overzicht van elk mogelijk profiel in de generalistische basis-ggz die binnen een bepaalde periode voor kan komen.
5.3.5 Tabel Honos+-vragen
De tabel Honos+-vragen bevat een overzicht van alle mogelijke HoNOS+-vragen die binnen een bepaalde periode voor kunnen komen.
5.3.6 Tabel Honos+-antwoorden
De tabel Honos+-vragen bevat een overzicht van alle mogelijke HoNOS+-vragen die binnen een bepaalde periode voor kunnen komen.
5.3.7 Tabel ZVT_coefficient
De tabel ZVT_coefficient bevat een overzicht van alle mogelijke coëfficienten voor de zorgvraagtypering in de ggz die binnen een bepaalde periode voor kunnen komen.
5.3.8 Tabel ZVT_constante
De tabel ZVT_constante bevat een overzicht van alle mogelijke constanten voor de zorgvraagtypering in de ggz die binnen een bepaalde periode voor kunnen komen.
6. Zorgvraag fz
6.1 | Informatie-elementen | Registratieverplichtingen | Informatieverplichtingen | Periodieke aanlevering | |||||
|
|
| Bij declaratie | Aan de Nza | Aan de Nza | ||||
|
| ggz | fz | ggz | fz | ggz | fz | ggz | fz |
E. | Gegevens zorgvraag fz |
| |||||||
e1 | Recidiverisicotaxatie | NV | V NV (bestaande patiënt) | NV | NV | NV | NV | NV | V NV (bij PB) |
e2 | Ernst van het delict(gedrag) | NV | V NV (bestaande patiënt) | NV | NV | NV | NV | NV | V NV (bij PB) |
e3 | Verwachte responsiviteit op behandeling | NV | V NV (bestaande patiënt) | NV | NV | NV | NV | NV | V NV (bij PB) |
e4 | Zorgvraagtypecode | NV | V NV (bestaande patiënt) | NV | V NV (bij PB) | NV | V | NV | V NV (bij PB) |
e5 | DSM-hoofdgroep (fz) | NV | GR (bij alleen diagnostiek) | NV | V NV (bij PB) | NV | V | NV | V NV (bij PB) |
e6 | DSM5-classificatie | NV | GR (bij alleen diagnostiek) | NV | NV | NV | NV | NV | NV |
6.1 Voorschriften
6.1.1 Registratieverplichting (fz)
De zorgaanbieder registreert op grond van deze regeling minimaal voor iedere patiënt alle informatie-elementen als genoemd onder E.
Op de registratieverplichting in voorgaande lid gelden de volgende uitzonderingen:
Als aan de betreffende patiënt alleen consulten diagnostiek zijn geleverd hoeven
e5 DSM-hoofdgroep
e6 DSM-5 classificatie
niet te worden geregistreerd.
Voor informatie-element
e5 DSM-hoofdgroep
e6 DSM-5 classificatie
geldt dat als er nog geen diagnose kan worden vastgesteld er een voorlopige diagnose wordt geregistreerd.
In 2022 wordt voor het registreren onderstaande informatie elementen met betrekking tot de zorgvraag typering een ingroeimodel gehanteerd. Tijdens het ingroeimodel is het registreren van deze informatie elementen niet per direct verplicht voor patiënten die al in behandeling waren bij de zorgaanbieder voor 2022. Deze bestaande patiënten worden op logische momenten in het behandelproces getypeerd. Voor nieuwe patiënten geldt deze uitzondering niet.
De volgende informatie-elementen hoeven voor bestaande patiënten niet verplicht geregistreerd te worden
e1 Recidiverisico
e2 Ernst van het delict(gedrag)
e3 Exceptionele responsiviteit
e4 Zorgvraagtype
6.1.2 Informatieverplichting bij declaratie (fz)
Een zorgaanbieder vermeldt voor iedere patiënt de geregistreerde gegevens van de zorgvraag fz.
Uitgezonderd van de verplichting zijn de volgende informatie-elementen:
e1. Recidiverisicotaxatie
e2. Ernst van het delict (gedrag)
e3. Exceptionele responsiviteitsproblemen
e6. DSM-5 classificatie
6.1.3 Informatieverplichting aan de NZa (fz)
Een zorgaanbieder levert gelijktijdig of direct na het moment van declaratie voor iedere patiënt minimaal de informatie-elementen die zijn geregistreerd aan de NZa aan.
Uitgezonderd van de verplichting zijn de volgende informatie-elementen:
e1. Recidiverisicotaxatie
e2. Ernst van het delict (gedrag)
e3. Exceptionele responsiviteitsproblemen
e6. DSM-5 classificatie
6.1.4 Periodieke aanlevering naar de NZa (fz)
De zorgaanbieder levert halfjaarlijks, anoniem en conform de Gegevensaanleverstandaard een overzicht van de volgende informatie elementen. Informatie element:
e1 Recidiverisicotaxatie,
e2 Ernst van het delict (gedrag),
e3 Exceptionele responsiviteitsproblemen wordt voor aanlevering geanonimiseerd en
e4. Zorgvraagtypecode
e5. DSM-hoofdgroep
6.1.5 Uitzondering in geval van privacybezwaren ggz
De Informatieverplichting blijft buiten toepassing op de hieronder genoemde informatie elementen. Dit indien op initiatief van de patiënt en de zorgaanbieder gezamenlijk een privacyverklaring is ondertekend overeenkomstig het Format Privacyverklaring te vinden op de NZa website. De zorgaanbieder houdt de privacyverklaring in zijn administratie en stelt die op verzoek van de zorgverzekeraar beschikbaar.
Bijbehorend informatie element is
d11. Privacyverklaring
actief.
Het betreft de volgende informatie-elementen
e1. Recidiverisico
e2. Ernst van het delict (gedrag)
e3. Exceptionele responsiviteit
e4. Zorgvraagtype
e5. DSM-hoofdgroep
6.2 Entiteiten
6.2.1 Zorgvraagtypering (fz)
De Zorgvraagtypering FZ is een methode om de zorgvraag voor een patiënt in de forensische zorg te categoriseren/typeren. Voor de fz is er één fz model. Het FZ model gebruikt hiervoor een risicotaxatie-instrument, de bepaling van de ernst van het gepleegde delict en een klinische inschatting van de responsiviteit als input. De zorgvraagtypering wordt conform de veldafspraak gedaan door de hoofdbehandelaar. Hertypering vindt plaats op logische momenten in het behandelplan conform de veldafspraak maar minimaal een keer per jaar. In Bijlage 4 bij deze regeling is de Zorgvraagtypering FZ vastgelegd.
Het geadviseerde zorgvraagtype is de numerieke uitkomst van de zorgvraagtypering via de Zorgvraagtypering FZ. In de tabel Zorvraagtype_fz staan alle zorgvraagtypes voor de fz.
Om zorginhoudelijke redenen kan een zorgverlener van de geadviseerde zorgvraagtype afwijken als hij een andere zorgvraagtype passender acht, deze registreert hij dan als gekozen zorgvraagtype.
Het geadviseerde zorgvraagtype is geen informatie-element binnen de Zorgvraag fz.
6.2.2 DSM-5 diagnose
De classificatie wordt hier geregistreerd conform de DSM-5, het internationaal classificatiesysteem voor psychische stoornissen.
6.2.3 DSM hoofdgroepen
Dit is de naam van de groep waaronder de geclassificeerde primaire diagnose valt. De ggz en fz kennen een eigen lijst waarvan de indeling grotendeels is gebaseerd op de hoofdstukindeling van de DSM-5.
6.3 Tabellen
6.3.1 Tabel DSM5_diagnose
In deze tabel staat de diagnose op detailniveau. Per diagnose wordt de hoofdgroep genoemd, wat de icd9 en icd10 codering is en of er aanspraak op zit.
6.3.2 Tabel DSM_hoofdgroepen
Hierin staan de groepen waaronder de detaildiagnosen volgens de DSM5 classificatie vallen. De hoofdgroepen zijn voornamelijk gebaseerd op de hoofdstukken van het DSM5 handboek. Sommige hoofdstukken zijn gebundeld tot één restgroep.
Deze tabel wordt niet door de NZa uitgeleverd, maar is als Bijlage 1 opgenomen in NR/REG-2214.
Om praktische reden kunnen de tabellen DSM-5-diagnose en DSM hoofdgroep worden samengevoegd tot één tabel.
6.3.3 Tabel Zorgvraagtypering fz
De tabel Zorgvraagtype_fz bevat een overzicht van alle mogelijke zorgvraagtypes in de fz die binnen een bepaalde periode voor kunnen komen.
Hierin zijn de waarden voor recidive risicotaxatie, ernst van het delict(gedrag) en de verwachte responsiviteit op de behandeling opgenomen.
7. Prestatie
7.1 | Informatie-elementen | Registratieverplichtingen | Informatieverplichtingen | Periodieke aanlevering | |||||
|
|
| Bij declaratie | Aan de Nza | Aan de Nza | ||||
|
| ggz | fz | ggz | fz | ggz | fz | ggz | fz |
F. | Gegevens prestatie |
| |||||||
f1 | Prestatiecode | V | V | V NV (bij PB) | V NV (bij PB) | V | V | AG NV (bij PB) | AG NV (bij PB) |
f2 | Prestatie | V | V | V | V | V | V | NV | NV |
f3 | Uitvoeringsdatum | V | V | V | V | V | V | NV | NV |
f4 | Starttijd consult | V | V | V | V | NV | NV | NV | NV |
f5 | Gedeclareerd tarief (per prestatie) | V | V | V | V | V | V | NV | NV |
f6 | Naam zorgverlener die de prestatie heeft geleverd | V NV (verblijf / VZO/toeslagen) | V NV (verblijf / toeslagen) | V NV (bij f7 en ED) | V NV (bij f7 en ED) | NV | NV | NV | NV |
f7 | AGB-code zorgverlener die de prestatie heeft geleverd | V NV (verblijf / VZO/toeslagen) | V NV (verblijf / toeslagen) | V NV (bij f6) | V NV (bij f6) | V | V | NV | NV |
f8 | Beroep zorgverlener die de prestatie heeft geleverd conform de nummering in [PM Veldnorm] (indien zorgverlener geen AGB-code heeft en f7 niet ingevuld kan worden) | V NV (verblijf / VZO/toeslagen) | V NV (verblijf / toeslagen) | V | V | V | V | NV | NV |
f9 | Zorglabel | VZ | VZ | V | V | V | V | NV | NV |
f10 | Contractnummer (fz) | NV | V | NV | V | NV | NV | AG | AG |
7.1.1 Registratieverplichting (ggz/fz):
De zorgaanbieder bepaalt een zorgtrajectnummer als een patiënt in zorg komt. Het zorgtraject krijgt als openingsdatum de uitvoeringsdatum van de eerste prestatie. De zorgaanbieder koppelt het zorgtrajectnummer aan alle ggz prestaties voor die patiënt geleverd door de zorgaanbieder tot het moment waarop de zorgverlener en/of patiënt de behandeling afsluiten. Bij terugval/recidive binnen een jaar na het laatste consult moet hetzelfde zorgtrajectnummer opnieuw worden gebruikt.
Een zorgaanbieder registreert voor iedere patiënt de gegevens van de prestatie.
Voor de verblijfsprestaties en de toeslagen zijn
f6. Naam zorgverlener die de prestatie heeft geleverd
f7. AGB-code zorgverlener die de prestatie heeft geleverd
f8. Beroep zorgverlener
niet verplicht
Voor de verblijfsprestaties, de toeslagen en de overige prestatie “Verblijf zonder overnachting” zijn
f6 Naam zorgverlener die de prestatie heeft geleverd,
f7 AGB-code zorgverlener die de prestatie heeft geleverd en
f8 Beroep zorgverlener
niet verplicht.
De zorgaanbieder registreert het zorglabel indien het een verplicht zorglabel betreft en het van toepassing is op de betreffende prestatie.
7.1.2 Informatieverplichting bij declaratie (ggz/fz)
Een zorgaanbieder vermeldt voor iedere prestatie de geregistreerde informatie-elementen van de prestatie.
Uitgezonderd van de verplichting zijn de volgende informatie-elementen
f6. Naam zorgverlener die de prestatie heeft geleverd, onder de voorwaarden dat het een elektronische declaratie is en informatie-element
f7. AGB-code zorgverlener die de prestatie heeft geleverd
is ingevuld.
7.1.3 Informatieverplichting aan de NZa (ggz/fz)
Een zorgaanbieder levert gelijktijdig of direct na het moment van declaratie voor iedere patiënt de geregistreerde gegevens van de prestatie.
Het volgende informatie-element is niet verplicht
f4. Starttijd consult
f6. Naam zorgverlener die de prestatie heeft geleverd
f10. Contractnummer (fz)
Een consult wordt door een behandelaar voor een patiënt uitgevoerd.
Een consult mag alleen door bepaalde beroepscategorieën worden uitgevoerd.
7.1.4 Periodieke aanlevering naar de NZa (ggz/fz)
De zorgaanbieder levert halfjaarlijks, anoniem en conform de Gegevensaanleverstandaard een overzicht van het volgende informatie element.
f1. Prestatiecodes in aggregatie, zie GA standaard B
7.1.5 Uitzondering in geval van privacybezwaren ggz
De Informatieverplichting blijft buiten toepassing op de hieronder genoemde informatie elementen. Dit indien op initiatief van de patiënt en de zorgaanbieder gezamenlijk een privacyverklaring is ondertekend overeenkomstig het Format Privacyverklaring te vinden op de NZa website. De zorgaanbieder houdt de privacyverklaring in zijn administratie en stelt die op verzoek van de zorgverzekeraar beschikbaar.
Bijbehorend informatie element is
d11. Privacyverklaring
actief.
Het betreft het volgende informatie-element
f1. Prestatiecodes (in aggregatie, zie GA standaard B).
7.2 Entiteiten
7.2.1 Consult (ggz en fz)
Een consult is een direct, ononderbroken en zorginhoudelijke contact tussen zorgverlener en (forensische) patiënt of naasten van de patiënt.
De zorgaanbieder registreert het consult op basis van de werkelijke tijd die de zorgverlener heeft besteed aan het contact.
De zorgaanbieder mag afwijken van de deze regel en op een eigen manier invulling geven aan het registreren van de werkelijk bestede tijd aan het contact als de eigen invulling conform de veldafspraak in het zorgprestatiemodel plaatsvindt. De zorgaanbieder toetst periodiek, maar minimaal 1 keer per jaar, of de gehanteerde invulling een goede benadering is van de werkelijk bestede tijd.
7.2.2 Setting
Een setting is bepalend voor welke consulten geschreven mogen worden.
7.2.3 Toeslag consult
Een Toeslag consult moet voorkomen in de tabel Toeslag consult en is gekoppeld aan een consult.
7.2.4 Groepsconsult
Een groepsconsult bestaat uit een consult dat door een behandelaar of meerdere behandelaren en voor meerdere patiënten tegelijkertijd wordt uitgevoerd.
Een groepsconsult mag alleen door bepaalde beroepscategorieën worden uitgevoerd.
7.2.5 Verblijfsdag
Een verblijfsdag moet voorkomen in de tabel Verblijfsdag en is gekoppeld aan een consult.
7.2.6 Toeslag verblijfsdag
Een Toeslag verblijfsdag moet voorkomen in de tabel Toeslag verblijf en is gekoppeld aan een consult.
7.2.7 Overige prestatie
Een overige prestatie moet voorkomen in de tabel Overige prestaties.
7.2.8 Financieringsstroom
Een financieringsstroom is gekoppeld aan bepaalde prestaties.
7.2.9 Prestatie
Prestatiecode is de code die hoort bij de prestatie.
Een prestatie is de levering van zorg door een zorgaanbieder, de natuurlijke persoon of rechtspersoon die beroeps- of bedrijfsmatig zorg verleent. In de beleidsregel en tariefbeschikking zijn de prestaties gespecificeerd.
Als uitvoeringsdatum geldt de datum waarop de prestatie die is uitgevoerd is gestart.
Het gaat bij het contractnummer (FZ) om het contractnummer dat is uitgegeven bij de contractering van de Forensische Zorg.
7.2.10 Tarief (ggz/fz)
Het tarief is de prijs voor een prestatie, een deel van een prestatie of geheel van prestaties van een zorgaanbieder.
7.2.11 Zorglabel
Een zorglabel is de codering die het mogelijk maakt om informatie te koppelen aan prestaties. In de tabel Zorglabel staan alle publieke zorglabels.
Een zorglabel kan van toepassing zijn op een prestatie.
7.2.12 Zorgtraject
Voor een patiënt wordt per financieringsstroom één zorgtraject geopend. Er kan maar één zorgtraject geopend zijn voor een patiënt bij dezelfde zorgaanbieder.
7.3 Tabellen
7.3.1 Tabel Consult
De tabel Consult bevat een overzicht van elk mogelijk consult die binnen een bepaalde periode geregistreerd mag worden.
7.3.2 Tabel Consultgroep
De tabel Groepsconsult bevat een overzicht van elk mogelijk groepsconsult die binnen een bepaalde periode geregistreerd mag worden.
7.3.3 Tabel Toeslag consult
De tabel Toeslag consult bevat een overzicht van elke mogelijke prestatie die binnen een bepaalde periode geregistreerd mag worden.
7.3.4 Tabel Verblijfsdag
De tabel Verblijfsdag bevat een overzicht van elke mogelijke verblijfsdag die binnen een bepaalde periode geregistreerd mag worden.
7.3.5 Tabel Toeslag verblijf
De tabel Toeslag verblijfsdag bevat een overzicht van elke mogelijke prestatie die binnen een bepaalde periode geregistreerd mag worden.
7.3.6 Tabel Overige prestaties
De tabel Overige Prestaties bevat een overzicht van elke mogelijke overige prestatie die binnen een bepaalde periode geregistreerd mag worden.
7.3.7 Tabel Prestatie
De tabel Prestatie bevat een overzicht van alle prestaties met bijbehorend tarief die binnen een bepaalde periode gedeclareerd mag worden en het bijbehorende tarief.
7.3.8 Tabel Setting
De tabel Setting bevat een overzicht van de settings die binnen een bepaalde periode geregistreerd mag worden.
7.3.9 Tabel Zorglabel
De tabel Zorglabel bevat een overzicht van elk mogelijk zorglabel die binnen een bepaalde periode voor kan komen.
Een nieuwe bekostiging voor ggz en fz
In het Programma zorgprestatiemodel werken vertegenwoordigers van de overheid, zorgaanbieders, zorgverzekeraars, EPD-leveranciers en patiënten samen aan de nieuwe bekostiging voor ggz en fz. Dit artikel is tot stand gekomen met behulp van hun kennis en inzichten.
Heeft u zelf een suggestie voor verbetering van de tekst? Neem dan contact op via programma@zorgprestatiemodel.nl.